Taal

Vervoeging van het bijzondere werkwoord 'hebben'

De bijzondere werkwoorden De bijzondere werkwoorden worden anders vervoegd dan de sterke en zwakke werkwoorden. Er gelden bij deze werkwoorden geen duidelijke regels. Je moet ze gewoon uit je hoofd leren.
De bijzondere werkwoorden

zijn, hebben, kunnen, zullen, mogen, willen

De vervoegingen van het bijzondere werkwoord hebben lees je hieronder.

Onthouden: hebben

Vervoeging van het bijzondere werkwoord 'hebben'

Net zoals bij de sterke werkwoorden veranderen ze van klank in de verleden tijd.
Maar ook in de tegenwoordige tijd worden ze op een andere manier vervoegd dan de sterke en zwakke werkwoorden.

Voorbeeldzinnen

Vervoeging van het bijzondere werkwoord 'hebben'
Zinnen Antwoorden
Ik ...?... (hebben, tt) zin om te dansen. heb
Jij ...?... (hebben, tt) een grote prijs gewonnen. hebt
Hij ...?... (hebben, tt) een lieve zus. heeft
Haar ouders ...?... (hebben, tt) een groot huis. hebben
Klaas ...?... (hebben, vt) het niet zo met regen. had
Vroeger ...?... (hebben, vt) de mensen geen televisies. hadden