Je hoort een t.
Je schrijft een t of een d.
Ezelsbruggetje
Hoor je een t aan het eind van een woord?
Dan maak je het woord langer, zodat je een t of een d hoort.
Nu weet je meteen welke letter je moet schrijven.
Woorden met een d kun je altijd langer maken!
Veel woorden met een t kun je niet langer maken: met, het, dat, wat, dit...
t en d - woorden

fluit - fluiten
hout - houten
staart - staarten
voet - voeten

hond - honden
paard - paarden
hoed - hoeden
hoofd - hoofden
Online oefenen met dit onderwerp
1
Niet één maar twee... [1]
 
Taal groep 3 › Blok 9 › Woorden › maak er meer van... (gesloten twee lettergrepige woorden) › Niet één maar twee... [1]
1
4
Oefening 4 (gesloten twee lettergrepige woorden) [1]
 
Taal groep 3 › Blok 9 › Woorden › welk plaatje hoort bij het woord? › Oefening 4 (gesloten twee lettergrepige woorden) [1]
4
3
Oefening 9: luisteren (gesloten twee lettergrepige woorden) [1]
 
Taal groep 3 › Blok 9 › Woorden › woorden namaken › Oefening 9: luisteren (gesloten twee lettergrepige woorden) [1]
3